Animal type: Zoogdieren

Wolharige neushoorn

Dubbele hoorn

De wolharige neushoorn had twee hoorns. De grootste voorste hoorn die
ooit gevonden is, was 130 centimeter! Hij werd waarschijnlijk gebruikt om
sneeuw mee weg te schuiven. Zo kon hij bij het voedsel komen. Gras was zijn
hoofdmaaltijd, net als bij de huidige breedlipneushoorns.

Bultrug?

Er zijn veel grotschilderingen gevonden met afbeeldingen van wolharige
neushoorns. Hierop is goed te zien dat het dier een bult op zijn schouders
had. Dat waren – zoals ook bij neushoorns nu – spieren om de zware kop op te
tillen. Maar in de bult zat ook vet als reserve voor de schrale winters.

Warme winterjas

Deze neushoorn had een compact lijf. Zo verloor hij weinig warmte. Ook zijn
dikke huid met vacht werkte als een winterjas en gaf bescherming tegen
sneeuw en de ijzige wind. Toch kon hij niet zo goed tegen de kou als de
mammoet, die nog hoger in het noorden voorkwam.

Van 22 maart t/m 29 mei ontdek je alles over de IJstijd in AquaZoo en sta je oog in oog met vele giganten uit deze prehistorische periode. Je bezoekt de IJstijd in AquaZoo met een regulier ticket. Kom hier meer te weten.

Holenleeuw

Niet in holen

Wetenschappers denken dat holenleeuwen holen helemaal niet als schuilplek
gebruikten. Grottenhyena’s deden dat wel. Zij sleepten waarschijnlijk dode
holenleeuwen als voedsel naar hun schuilgrot. Daar zijn dan tienduizenden
jaren later de afgekloven leeuwenbotten ontdekt.

Niet zo lang geleden

De holenleeuw had een enorm verspreidingsgebied, van Engeland tot Siberië.
Tegen het einde van de laatste ijstijd verdween hij. Er leefden tot zo’n 2000
jaar geleden leeuwen op de Balkan. Of dat de laatste holenleeuwen waren of
‘gewone’ leeuwen, is onbekend

IJsmummie

In Rusland zijn ijsmummies van holenleeuwen gevonden. Vandaar dat we
weten hoe hun vacht eruit zag: egaal lichtbruin met een wollige ondervacht.
Die hield de holenleeuw in de ijstijd warm. Manen ontbraken bij deze dieren.
Dat weten we van gevonden grottekeningen.

Van 22 maart t/m 29 mei ontdek je alles over de IJstijd in AquaZoo en sta je oog in oog met vele giganten uit deze prehistorische periode. Je bezoekt de IJstijd in AquaZoo met een regulier ticket. Kom hier meer te weten.

Stompsnuitdolfijn

Bol hoofd

Wetenschappers denken dat dit dier een ballonvormige kop had. Dat
wijst erop dat deze uitgestorven soort al echolocatie gebruikte, net als
moderne dolfijnen en walvissen. Ze lijken het meest op de griend, een grote
dolfijnensoort. De griend heeft een vergelijkbare kopvorm, waarbij het hoofd
van mannetjes veel boller is dan dat van vrouwtjes.

Net ontdekt

Deze diersoort is pas in 2008 ontdekt! De visser Albert Hoekman viste een
paar fossiele stukken van de schedel op. In 2010 werd het dier officieel
beschreven aan de hand van deze enige vondst. We weten dus nog veel niet
over de stompsnuitdolfijn.

Zeedieren in de ijstijd?

In de koude perioden van de laatste ijstijd was de zeespiegel een stuk
lager dan tegenwoordig. Waar nu de Noordzee is, kon je toen over de
mammoetsteppe lopen! Deze stompsnuitdolfijn leefde dus veel eerder, 2 –
3 miljoen jaar geleden, in de Noordzee

Van 22 maart t/m 29 mei ontdek je alles over de IJstijd in AquaZoo en sta je oog in oog met vele giganten uit deze prehistorische periode. Je bezoekt de IJstijd in AquaZoo met een regulier ticket. Kom hier meer te weten.

Siciliaanse dwergolifant

Klein eiland, kleine olifant

Op eilanden worden sommige diersoorten door evolutie kleiner en andere
juist groter. Eilanden zijn namelijk geïsoleerd van de rest van de wereld. Het
kan dus handig zijn om op een eiland wat kleiner te zijn. Op de eilanden in
de Middellandse Zee leefden vroeger meerdere soorten dwergolifanten en
dwergmammoeten

Eenogige reus?

Pas 3.330 jaar geleden stierven dwergolifanten op het Griekse eiland Tilos
uit. Dat is dus nog niet zo heel lang geleden. In de Griekse verhalen komen
dwergolifanten nog steeds voor: als reuzen met maar één oog… In de schedel
van dwergolifanten zit op het voorhoofd namelijk één groot gat waar de
ademlucht via de slurf de kop in komt.

Wandelen naar een eiland

Tijdens de verschillende ijstijden waren zeeën soms geen zeeën. Olifanten en
mammoeten konden toen van Italië naar de eilanden wandelen. In de warme
tijden tussen de ijstijden door liepen de zeeën vol. Hierdoor raakten ze op de
eilanden geïsoleerd.

Van 22 maart t/m 29 mei ontdek je alles over de IJstijd in AquaZoo en sta je oog in oog met vele giganten uit deze prehistorische periode. Je bezoekt de IJstijd in AquaZoo met een regulier ticket. Kom hier meer te weten.

Holenbeer

What’s in a name?

De holenbeer (in het Engels ‘cave bear’) bracht waarschijnlijk meer tijd door
in grotten en holen dan bruine beren nu. Die gebruiken grotten alleen voor
hun winterrust. De holenbeer wordt ook wel grottenbeer genoemd.

Grottekeningen

Hoe de holenbeer eruitzag, baseren we vooral op gevonden botten. De beren
staan ook op 30.000 jaar oude grottekeningen, bijvoorbeeld in Frankrijk.

Berengrot

In Duitsland, Polen en Frankrijk bestaan veel vindplaatsen van fossiele botten
van deze beren. In Roemenië is een grot zelfs ‘Berengrot’ gedoopt, toen er in
1983 maar liefst 140 skeletten van holenberen gevonden werden!

Van 22 maart t/m 29 mei ontdek je alles over de IJstijd in AquaZoo en sta je oog in oog met vele giganten uit deze prehistorische periode. Je bezoekt de IJstijd in AquaZoo met een regulier ticket. Kom hier meer te weten.

Sabeltandkat

Hoektanden als dolken

Kenmerkend voor dit roofdier zijn de indrukwekkende hoektanden: wel 15
centimeter lang! De sabeltandkat kon zijn bek heel ver opentrekken om zijn
tanden beter in zijn prooi te zetten. Zijn prooien waren grote, sterke dieren
zoals mammoeten en wolharige neushoorns.

Geen prooi meer

De sabeltandkat leefde in Amerika. Toen daar de ‘megafauna’ – dus de
grootste dieren – uitstierf aan het einde van de ijstijd, viel zijn favoriete prooi
weg. Daarom stierf ook de sabeltandkat 12.000 jaar geleden uit.

Geen tijger

De sabeltandkat wordt ook wel eens sabeltandtijger genoemd. Maar eigenlijk
klopt dit niet. Ze waren géén nauwe familie van elkaar! Een Amoertijger is
nauwer verwant aan een huiskat dan aan een sabeltandkat. Omdat er geen
vachtresten bewaard zijn gebleven, is onduidelijk of de sabeltandkatten
strepen, stippen of een effen vacht hadden.

Van 22 maart t/m 29 mei ontdek je alles over de IJstijd in AquaZoo en sta je oog in oog met vele giganten uit deze prehistorische periode. Je bezoekt de IJstijd in AquaZoo met een regulier ticket. Kom hier meer te weten.

Wolharige mammoet

Vergelijk

Mammoeten leken veel op moderne olifanten. Ze waren ongeveer even groot
als de huidige Aziatische olifant en leefden ook in groepen.

Uitgestorven

Toen na de ijstijd het klimaat snel opwarmde, begonnen bossen te groeien.
De grasvlaktes waar mammoeten graasden verdwenen. Daarnaast werden ze
door mensen bejaagd, voor hun vlees, huid en botten. Die combinatie heeft
geleid tot het uitsterven van de wolharige mammoet.

IJstijd-icoon

Van alle ijstijddieren is de mammoet het bekendst. Deze harige olifanten
konden door hun vacht en hun tien centimeter dikke onderhuidse vetlaag
prima tegen de kou. Ook hadden ze kleinere oren en een korte staart om
bevriezing te voorkomen. Ze hebben tot ver na de ijstijd, tot zo’n 4000 jaar
geleden, nog in Siberië geleefd.

Van 22 maart t/m 29 mei ontdek je alles over de IJstijd in AquaZoo en sta je oog in oog met vele giganten uit deze prehistorische periode. Je bezoekt de IJstijd in AquaZoo met een regulier ticket. Kom hier meer te weten.

Noord-Amerikaans Boomstekelvarken

Bijzonder romantisch

Een boomstekelvarken vrouwtje is één keer per jaar vruchtbaar. Mannetjes vechten met elkaar om te bepalen wie er met het vrouwtje mag paren. Ze bijten elkaar en gebruiken hun stekels. Het mannetje dat heeft gewonnen doet daarna iets heel bijzonders. Hij plast over het vrouwtje heen. Hiermee laat hij aan iedereen weten dat dit vrouwtje van hem is.

Lekker knus

Over het algemeen leeft het Noord-Amerikaans boomstekelvarken alleen. Ze slapen in holen onder een rots of in een holle boom. In de winter zoeken boomstekelvarkens elkaar op. Ze delen dan een hol en liggen warm tegen elkaar aan. Boomstekelvarkens houden geen winterslaap. Als het heel koud is blijven ze wel in het hol totdat het beter weer is.

Raaf

Slim en speels

Raven zijn heel intelligente vogels. Ze kunnen nieuwe dingen leren door goed te
kijken, logisch problemen oplossen en gezichten herkennen. Raven spelen ook
graag. Soms nemen ze een stokje of een veer mee in de lucht. Ze laten die dan
vallen en vangen hem weer op. Soms spelen ze ook met andere dieren, zoals
wolven en beren.

Weinig vijanden

In het wild hebben raven weinig vijanden. Zelfs eieren en jonge vogels worden
bijna nooit door een roofdier gepakt. Vader en moeder verdedigen hun nest goed.
Raven zijn heel snel en wendbaar in de lucht. Ze hebben ook een sterke snavel en
ze zijn best groot voor een vogel. Alles bij elkaar zorgt dat ervoor dat raven niet
vaak bang hoeven te zijn voor andere dieren.

Amoertijger

Bijzondere kat

Tijgers horen bij de grote katachtigen, net als bijvoorbeeld leeuwen en panters.
Toch zijn het wel bijzondere katten. Tijgers zijn bijvoorbeeld de enige katten met
strepen. En hoewel de meeste katten niet van water houden, nemen tijgers graag
een duik. Ze kunnen goed zwemmen en gaan regelmatig in het water liggen om af
te koelen.

Sluipende krachtpatser

Amoertijgers eten vlees. Ze jagen vooral op hoefdieren, zoals wilde zwijnen en
herten. Meestal jagen ze ’s nachts. De Amoertijger sluipt dan heel stiekem op zijn
prooi af. Wanneer hij dichtbij is maakt hij een grote sprong en bijt zijn prooi in de
nek. Hierna sleurt hij zijn prooi mee naar zijn schuilplaats om deze rustig op te eten.

Snelle groei 

Een tijgervrouwtje krijgt meestal twee of drie jongen per keer. Ze brengt de jongen
groot zonder hulp van de vader. Pasgeboren tijgers wegen minder dan een kilo,
zijn blind en helemaal afhankelijk van hun moeder. Ze drinken melk en groeien
snel. Binnen een maand zijn ze al vier keer zo groot als bij de geboorte. Meestal
blijven jonge tijgers zo’n twee jaar bij hun moeder.

Pssst… dit gebied is van mij!

Tijgers leven niet in een groep, maar alleen. Een mannetje laat aan andere
mannetjes weten dat een gebied bezet is door sporen achter te laten. Hij krabt in
de bomen en laat zijn geur achter door overal te plassen. Dat plassen doet hij op
een bijzondere manier. Hij sproeit namelijk, zodat de plas zo veel mogelijk wordt
verspreid.