Pakketjes met eieren
Alikruiken kunnen het hele jaar door eitjes leggen. Meestal worden er geen eitjes gelegd als het water in de winter kouder wordt. Het vrouwtje legt de eitjes in stevige pakketjes. Deze pakketjes hebben een soort gelei van binnen waar meestal drie of vier eitjes in zitten. Zo’n pakketje is niet groter dan één millimeter!
Vastgeplakt
De mossel leeft in zout water waar eb en vloed is. Hij maakt zichzelf vast aan een harde ondergrond, zoals de rotsbodem, een wrak of aan een andere mossel. Een mossel maakt zichzelf vast met sterke draden die hij zelf maakt met eiwitten uit zijn lijf. De draden zijn wit en kleverig. In het zeewater worden de draden hard. Zo blijft een mossel zijn hele leven goed vastzitten.
Nieuwe huid
Krabben hebben geen botten, maar een harde schaal aan de buitenkant. Dit noem je een exoskelet. Dit exoskelet groeit niet mee. Als de krab groter wordt zal hij moeten vervellen. Dit gebeurt in hun eerste levensjaar wel zeven tot acht keer! Volwassen krabben vervellen meestal maar één keer per jaar.
Sterke eieren
De eieren van de hondshaai zijn rechthoekig van vorm. Ze hebben een sterke, leerachtige buitenkant. Op elke hoek zitten lange draden. Met die draden blijft het ei vastzitten aan zeewier. Hoe warmer het water is, hoe sneller de eieren uitkomen.
Zoet of zout?
De bot is de enige platvis die zonder problemen in zoet water kan leven. Hij komt bijvoorbeeld veel voor in de rivier de Rijn. Zodra het in de herfst kouder wordt, zoekt de bot de zee op. Daar blijft het water in de winter een stuk warmer dan in de rivieren.
Grote verandering
Als een schol uit het ei komt is hij nog niet plat. De eerste weken van zijn leven zwemt hij rechtop, net als de meeste vissen. Na ongeveer zes weken groeit één van zijn ogen naar de andere kant van zijn kop en verandert hij in een platvis.
Kraamkamer
De tong leeft in ondiep water, van Noorwegen tot aan de westkust van Afrika. Ze leggen hun eitjes meestal in de maanden februari tot mei. Heel veel tongen komen in het voorjaar naar de Waddenzee om hun eitjes te leggen.
Klein, kleiner, weg?
Deze vissen leven in het wild alleen in rivieren en meren in het noorden van Madagaskar. De Madagaskar tandkarper wordt met uitsterven bedreigd. In het gebied waar deze vissen leven wordt er veel bos gekapt. Hierdoor drogen de rivieren en stroompjes op. Er is dus steeds minder leefgebied voor deze vissen.
Eerst samen, dan alleen
Jonge Madagaskar tandkarpers leven in het ondiepe water langs de oevers. Zij leven in groepen van zo’n tien vissen bij elkaar. Als ze volwassen worden zoeken ze het diepere water op. Volwassen tandkarpers leven meestal alleen.
Twee kleuren
Axolotls leven van oorsprong in de diepe meren van Mexico, in zoet water. Echter door menselijk handelen zijn veel van deze meren drooggelegd waardoor de axolotls in het wild ernstig bedreigd zijn geraakt. Ook vervuiling van hun water is een grote bedreiging. Axolotls hebben namelijk heel zuiver water nodig om zich voort te planten. In het wild zijn axolotls bruin of zwart zodat ze zichzelf goed kunnen camoufleren op de bodem, roze of albino axolotls komen in principe alleen in gevangenschap voor.
Nooit volwassen
Axolotls zitten hun hele leven in een larvaal stadium en worden dus nooit volwassen, dat is best bijzonder. Je kunt dit zien door de rode kieuwen die aan de buitenkant van hun kop hangen. Ook hebben axolotls de mogelijkheid om ledenmaten die ze zijn verloren weer terug aan te groeien. Axolotls kunnen wel honderden eitjes in één keer leggen. Die worden afgezet tegen waterplanten en ontwikkelen in het water door tot er jonge axolotls zijn. Axolotls blijven tot tegenstelling van andere salamandersoorten altijd in het water, je zal ze nooit op het land tegen komen!
Onder moeders buikschild
De paarse vampierkrab leeft langs beken en rivieren. Alhoewel vampierkrabben voor een groot deel van hun leven ook op het land leeft, hebben ze ook water nodig. Als het vrouwtje eitjes heeft, draagt ze deze mee onder haar buikschild, waar de larven ontwikkelen tot kleine krabbetjes. Wanneer de moeder de kleine krabbetjes loslaat zijn deze al zover ontwikkeld dat ze zich zelfstandig kunnen redden.
Steeds meer kleur
Omdat het schild van deze dieren niet meegroeit tijdens hun ontwikkeling, verschalen ze regelmatig. Dat betekent dat ze uit hun oude schaal kruipen en een nieuwe harde buitenschaal aangroeien. Bij iedere verschaling zal er ook meer kleur te zien zijn waardoor ze steeds meer op de volwassen dieren gaan lijken. Vampierkrabben leven in grote groepen, je zult ze dan ook niet vaak in hun eentje zien.